De inheemse plant Hypericum perforatum, Sint-janskruid bevat veel inhoudsstoffen met een goed omschreven biologische werking. De meeste onderzoekers schrijven de effectiviteit eerder toe aan een geheel van inhoudsstoffen dan wel aan één enkel geïsoleerd bestanddeel. De inhoudsstoffen waarvoor de meeste interesse is, zijn de naphtho-diantronen hypericine en pseudohypericine, een reeks flavonoïden zoals quercitine, quercitrine, amentoflavone en hyperine, de phloroglucinolen hyperforin en adhyperforin , de essentiele olie, en xanthonen (AHP,1997)
Naphthodiantronen 0.1-0.15% in gehele bovengrondse kruid
Naphthodiantronen 0.1-0.15% in gehele bovengrondse kruid
- hypericine (tot 1.8% in gedroogde bloemen) ; antiviraal, rode kleurstof oplosbaar in alcohol en olie
- pseudohypericine (2 tot 3 maal zoveel als hypericine) ; antiviraal
- isohypericine ;
- emodin-anthronen ; fotodinamisch
- protohypericine (in vers materiaal) en protoisohypericine (in vers materiaal), deze voorlopers worden onder invloed van licht omgezet in hypericine en pseudohypericine ;
- cyclopseudohypericine, oxidatieprodukt van pseudohypericine.
- proanhocyanidinen: di-, trimeren van catechin (12%): antioxidant, antibacterieel, antiviraal,’vasorelaxant’
- flavonolen : kaempferol, luteolin, myricetin, quercetin (2%) zijn capillairversterkend, ani-inflammatoir
- flavonolglycosides zoals quercitrine, MAO-inhibitor (in vitro), isoquercitrin, hyperin / hyperoside
- amentoflavone biapigenin is onstekingswerend en antiulcerogeen,
- rutine (2% in bladeren, 0.1% in bloemen) is gele kleurstof oplosbaar in water.
- Vooral monoterpenes (pinenes) ; sesquiterpenen vooral 2-methyl-octane (16.4%), sedatief, schimmelwerend, a-pineen (10.6%), esters van isovateriaanzuur, cineol.
Andere stoffen
- carotenoïden,
- pectine,
- xanthonen zijn anti-depressief, anti-bacterieel en antiviraal, diuretisch, cardiotonisch, MAO-remmer
- looistoffen (6.5-15% in stengel), novoïmanin, imanin ook antibacterieel (Van Hellemont, 1988
- harsen,
- vitamine C
Lang werd gedacht dat hypericine de voornaamste werkzame stof in sint-janskruid was, vooral door zijn werking als remmer van monoamine oxidase (MAO). Maar de Sint-janskruidextracten vertonen deze activiteit niet zo sterk en alleen in concentraties die hoger zijn dan in de kliniek haalbaar zijn. Ook blijken de extracten in de synaps de heropname van zowel 5-HT, noradrenaline, dopamine, glutamaat als GABA te remmen. Hyperforine, dat deze eigenschappen ook geïsoleerd vertoont, lijkt één van de belangrijkste anti-depressief werkzame inhoudsstoffen te zijn. Het effect is uniek en berust waarschijnlijk op een heel ander werkingsmechanisme dan de bekende antidepressiva. De stof werd aanvankelijk onderzocht vanwege een vermoede antibiotische werking, maar lijkt in potentie de weg te kunnen wijzen naar een interessant nieuw “breedspectrum antidepressivum”.
Reacties
Een reactie posten